Rook en stank en de angst van speelgoedsoldaatjes
Bovenop de berg lijken beweegt een morbide oorlogsvaandel in de wind: een kaal boompje met het lichaam van een soldaat eraan gespiesd. In een paar tijdsprongen zien we hoe regen en sneeuw op de lijken neerdaalt, en hoe de mensenberg bedekt raakt met een laag modder.
Bij ieder tijdsprong hangt er een kleinere versie van het soldatenlichaam in de boom. Aangevreten door de gieren.
In de luwte van het Filmfestival wordt momenteel in een bovenzaaltje van de Rotterdamse Schouwburg de Eerste Wereldoorlog tot leven geroepen. Op een filmscherm, dat wel, maar zonder het miljoenenbudget van een Steven Spielberg. ‘Live animatie’, zo noemen de theatermakers van Hotel Modern hun manier van verbeelden. Als kinderen die met soldaatjes spelen zijn ze in de weer met miniatuurtanks en geüniformeerde poppetjes. Het slagveld is een tafel met een laagje zand, waar een struikje peterselie voor boom speelt en een omgekeerde borstel voor dicht struikgewas. Met een (vinger)camera worden de taferelen die zich op dit mini-slagveld ontrollen, uitvergroot tot een oorlogsfilm van formaat.
Het is een gruwelijke film. In het oorlogsspel van kinderen veroorzaakt een bominslag niet meer dan een omgevallen plastic poppetje. De makers van De Grote Oorlog laten het slagveld zien vanuit de beleving van een loopgravensoldaat uit de Eerste Wereldoorlog. In authentieke voorgelezen brieffragmenten vertellen soldaten over de rook, de stank, de angst en de verblinding. Door het kijkgat van een tank is de paniek te zien van de gewonden die je gaat overrijden. In het stikkedonker door de zuigende modder strompelen en onder je voeten het verende lichaam voelen van een dode strijdmakker.
De poppetjes in de handen van de theatermakers maken het allemaal mee. Branders, stinkbommetjes, gieters vol water en gifgroene slime komen eraan te pas. En de hoorspelgeluiden van gerauschmacher Arthur Sauer. Hij laat met een fluitje het gekrijs van de gier horen die aan het eind van de voorstelling de lijkenberg bezoekt. De papieren gier wordt met een stokje rondgecirkeld. En het verwisselen van het lijk in de boom, dat doen de reuzenhanden van de poppenspelers. Het publiek grinnikt om hun morbide inventiviteit in het oproepen van gruweltaferelen. En is tegelijkertijd diep onder de indruk van het ‘realisme’ waarmee speelgoedsoldaatjes hier veranderen in rottend kanonnenvlees.
03-02-2001