Auschwitz met duizenden poppetjes
Is dat mogelijk: het concentratie- en vernietigingskamp Auschwitz tot uitbeelding brengen met behulp van wat zand, papier, kartonnen modellen van barakken en duizenden kleine poppetjes? Het klinkt als een volkomen idiote onderneming, bijna als heiligschennis en ook als iets volkomen overbodigs: waarom zou er over de verschrikkingen van Auschwitz een theatervoorstelling moeten worden gemaakt?
Hotel Modern is een groepje jonge beeldende kunstenaars en theaterkunstenaars. Ze hebben een heel eigen theatertaal ontwikkeld met behulp van maquettes, poppetjes en een goedkope videocamera, die door de maquettes heen gaat en de poppetjes als levensgrote mensen op een doek projecteert. Daarmee hebben zij eerder al voorstellingen gemaakt over de Eerste Wereldoorlog, over de aanslag op de Twin Towers in New York en over de oorlogservaringen van de vader van een van de actrices, die aan deportatie wist te ontkomen door onder te duiken. Soms gaat het ook over vrolijker en minder realistische onderwerpen, zoals de liefde van een dame voor een eenhoorn.
Sensatie speelt bij hun geen rol, provoceren willen zij ook niet. Zij voelen een eerlijke noodzaak, nu er steeds minder overlevenden zijn om over Auschwitz te getuigen, met hun eigen beeldende middelen over dat oord des doods te vertellen. Toen ik het zag was het theater geheel uitverkocht, de zaal zat vol met jonge mensen, die doodstil zaten te kijken naar het manoeuvreren van al die kleine poppetjes tussen de barakken van Auschwitz en Birkenau. We zagen in deze voorstelling, die eenvoudig Kamp heet, verschrikkelijke dingen, drie gevangenen die worden opgehangen, een mannetje dat met een schep wordt doodgeslagen, de aankomst van de trein met nog volkomen onwetende Joden, mannen, vrouwen, kinderen, bejaarden, gewoon in hun beste kleren. Korte tijd later zijn ze, naakt, in de gaskamer verdwenen. Hun koffers blijven achter op het perron.
Er klinkt schetterende muziek: de Radetzky-mars, gespeeld door het gevangenenorkest. Honderden en honderden gevangenen marcheren uit door de poort met ‘Arbeit macht frei’, op weg naar hun werk. Elk poppetje van 8 centimeter hoog is verschillend van houding en uitdrukking. We zien hoe de acteurs de poppetjes voortbewegen. Maar het is alsof we op het projectiescherm echte gevangenen zien zwoegen, lijden, sterven. Het is nog altijd moeilijk naar het verschrikkelijke dat wij zien te kijken. Maar omdat het om tegelijk ingenieuze en primitieve middelen gaat blijven we gefascineerd zitten.
Het is een gigantisch karwei geweest al die kleine poppetjes te maken, een nog veel erger karwei was het waarschijnlijk de research te verrichten, waarbij onder meer gepraat is met een aantal Auschwitz-overlevenden, onder wie Lenie Boeken-Velleman en Hans Beckman, die soms op heel onverwachte, concrete vragen antwoord moesten geven, zodat het miniatuur-Auschwitz zoveel mogelijk met de werkelijkheid overeen komt. Daarbij is soms ook bewust van de werkelijkheid afgeweken. Hier liggen Auschwitz I en Auschwitz-Birkenau vlak naast elkaar om het mogelijk te maken verschillende aspecten van het kampleven en de dood te laten zien. En het opschrift ‘Arbeit macht frei’ is uitgevoerd in lichtende blauwe neonletters. Het ziet er even heel vreemd uit, maar misschien is dat gebeurd om te laten zien, dat het niet echt is, dat het nooit echt kan zijn, hoe goed je het ook probeert. Want Hotel Modern slaagt er bijna te goed in je hun weergave van Auschwitz in te zuigen.
01-01-2006