Een dappere en geslaagde poging om het onbegrijpelijke te verbeelden
Weten we nog niet genoeg van Auschwitz? Als je het woord intypt bij de digitale catalogus van de NIOD-bibliotheek zijn er meer dan zeshonderd treffers. Maar dat zijn wetenschappelijke verhandelingen, ooggetuigenverklaringen, procesverslagen en dergelijke. Het blijven letters op papier. Hoe het daar toeging is natuurlijk nauwelijks te bevatten, en wellicht daarom niet tot leven te brengen.
Daarom hebben romanciers geprobeerd het wezen van het kamp te doorgronden. En er zijn in de loop der jaren speelfilms en documentaires gemaakt die pogen Auschwitz of een ander vernietigingskamp te verbeelden; van de televisieserie Holocaust (1978) tot Spielbergs Schindler’s List (1993) en alles wat daartussen ligt.
Door de jaren heen neemt de ‘realiteitswaarde’ in deze films toe, maar de afstand blijft, omdat je nu eenmaal in een gerieflijke bioscoopstoel zit. Er zijn opvallend veel minder toneelstukken dan films gemaakt, en dat heeft wellicht te maken met het intiemere van toneel ten opzichte van film: je zit letterlijk dichter op de acteurs.
Theatergroep Hotel Modern besloot dat gegeven uit te buiten en benadert de realiteit op een geheel andere manier. Niet door uniformen en laarzen te gebruiken en angst in te boezemen, maar door middel van verkleining én vergroting. Het toneel is gevuld met maquettes van barakken, de toegangspoort, een werkende gaskamer, een gaskamer-in-aanbouw, treinrails, veel prikkeldraad en vooral veel poppetjes.
Meer dan drieduizend eenvoudig gemaakte poppetjes van draad, stof en klei verbeelden de gevangenen en een aantal bewakers. Het publiek zit op een tribune en heeft een overzicht over het kamp zoals noch de gevangenen, noch de bewakers dat ooit zelf hebben gehad. Om de handelingen die worden verricht te kunnen volgen, bedienen de drie spelers minicameraatjes, zodat de scènes op een achterdoek levensgroot zichtbaar worden.
Een van de eerste beelden is een projectie vanaf een wachttoren, waarbij je als toeschouwer over de schouder van een soldaat via de loop van zijn geweer in het kamp ‘kijkt’. Je verwacht elk moment dat hij gaat schieten. Dat gebeurt niet, maar verder wordt bijna alles vertoond wat zich in Auschwitz heeft voorgedaan; treinaankomst, selectie, een zelfdoding tegen de elektrische omheining, het kamporkest en dronken bewakers die een feestje vieren. Maar ook wordt tot in de gaskamer gefilmd en de verbranding van de lichamen getoond.
Geen sacrale benadering meer van de grote moord, maar ook zeker geen trivialisering. Wel een dappere en geslaagde poging om het onbegrijpelijke te verbeelden.
31-12-2005