Een garnaal heeft weinig woorden nodig op de verregende camping
Stoned zijn ze allerminst en breekbaar als het Carnaby Street-model Twiggy ook al niet. De garnalen die de hoofdrollen spelen in de nieuwe productie van theatergezelschap Hotel Modern treden juist in kloeke onverschrokkenheid aan, en tonen zich uitermate tekstvast bovendien. Dat had je niet gedacht; dat garnalen tekstvast konden wezen, want in het filmische kijkdoostheater van Hotel Modern speelt tekst doorgaans geen rol.
Eerder maakten Pauline Kalker, Arlène Hoornweg en Herman Helle samen met geluidscomponist Arthur Sauer voorstellingen over loopgravenmisère en concentratiekampen, en onderzochten ze in Biedermeiertoonzetting het weidse begrip lust. Nu is een parabel aan de beurt. Over garnalen, die zich net zo willekeurig blijken te gedragen als mensen. Nadat ze in twee rondes magnetron letterlijk gehard raakten aan het theatervak, werden de garnalen gecast: ‘Je hebt melancholieke garnalen en stoere garnalen.’ En dat is aantoonbaar waar.
Op de toneelvloer staat een enorm miniatuur soort rangeerterrein, waarop alle decors als tableaux vivants. Hier speelt, kriskras van links naar rechts, van voorgrond naar achtergrond wisselend, het garnalendrama zich af, dankzij een vingercamera tegelijkertijd vergroot geprojecteerd op de achtergrond. Componist Sauer zorgt ter plekke voor passende en onthemende klanken.
De garnalen hebben tamelijk veel om handen. Massaal bezoeken ze televisiestudio’s om te achterhalen in hoeverre hun op de garnalenrug meegezeulde meubilair ’tussen kunst en kitsch’ zweeft, ze gaan naar Artis, Madurodam, bruiloften, begrafenissen, ziekenhuizen of gevangenissen waar ze gelaten op de elektrische stoel wachten. Ze bekijken het door een medegarnaal gepresenteerde weerbericht (’toen de Duitsers hun depressies onze kant opstuurden’). En ze hangen rond in garages, waar portieren trefzeker aan auto’s worden gelast dankzij de vonkenregen van een vuurwerksterretje. Al te breeduit passeert de voorliefde van Hotel Modern voor smerigheid en vunzigheid (oorverdovend borende garnalentumoroperatie en in braaksel rondtollende duivelsuitjagers). Maar daar staat afdoende behendigheid en speelse vindingrijkheid tegenover. Al komen de spelers in het garnalendrama wel erg veel aan het woord.
Wat mij betreft zijn de woordloze scènes juist het ontroerendst. Zoals de achter hun dambord zwoegende garnalen, de ruisend deinende kartonzee bij maanlicht, de onverdroten garnalenvisser in zijn stuurhut tijdens windkracht 9, de drie ruimtegarnalen op de maan en het Edward Hopper-achtig bezoek aan de autowasplaats plus de even troosteloze snackbar zonder garnalenkroketjes. En allicht de kamperende garnaal, die vanuit zijn tent geduldig naar buiten koekeloert wanneer de gestaag op zijn tentdoek neerkletterende regen nou es zal ophouden. Of het rampzalig is dat er geen enkele samenhang tussen de over elkaar heen buitelende scènes is? Ach, misschien is het aldus louter functioneel geduid dat garnalen net zo verbeten, doelloos en ontredderd door het leven strompelen als mensen.
10-02-2009